Altijd wat te schrijven

Wij hebben een taalrelatie

Vol logopedisch begon ik met de opvoeding: babygebaren (hoe leuk is dat), voorlezen van Duitse prentenboeken (want we wonen tenslotte in Duitsland) en geen onnodige verkleinwoorden aanbieden (daar krijg ik braakneigingen van). Maar Lucas distantieert zich van mijn opvoeding.

Hij heeft nooit een gebaar gebruikt. Hij maakte zelfs een statement door niet te gaan zwaaien bij weggaan. Daar waar kinderen rond hun eerste levensjaar gaan zwaaien, zei Lucas ‘doei’ zonder zijn hand op te steken. Hij geeft duidelijk de voorkeur aan verbale communicatie. Dit lukt hem uitermate goed. Dus dit deel van de opvoeding heb ik laten vallen.  

Wanneer ik in het Duits een boek voorlees, word ik de hele tijd verbeterd. ‘Nee niet Pferd mama. Dat is een paard.’ Inmiddels weet Lucas precies welke boeken Nederlandstalig en welke Duitstalig zijn. De Duitstalige boeken moeten in de kast blijven staan. Nu leest Henk iedere avond voor. Dan is Lucas er zeker van dat er niet in het Duits wordt voorgelezen. Wanneer ik hem thuis in het Duits iets vraag, negeert hij mij. Pas als ik het in het Nederlands vraag, krijg ik antwoord. Maar ik heb iets ontdekt. Wanneer we ons in een Duitstalige omgeving bevinden, bijvoorbeeld bij het muziekgroepje de Musikmäuse, mag ik wel Duits praten met Lucas. Binnenshuis spreken we dus geen Duits. Nul. Noppes. Nada. Nichts.

Binnenshuis spreken we dus geen Duits. Nul. Noppes. Nada. Nichts.

Lucas communiceert met mij in het Nederlands, uitsluitend verbaal. Hij verwacht dit ook van mij terug. Een ‘taalrelatie’ noemen ze dat. Prachtig woord. Marinella Orioni omschrijft dit woord als volgt: “een taalrelatie ligt heel diep verankerd in de relatie tussen personen. Er hoort een gevoel bij, het heeft te maken met je veilig voelen. Er zit geborgenheid in hoe je naar de ander kijkt.” De omschrijving is net zo prachtig als het woord. Lucas voelt zich bij mij het veiligst in het Nederlands. Onze taalrelatie is dus overduidelijk Nederlands.

Een taalrelatie heeft te maken met je veilig voelen.

De communicatieve ontwikkeling is mijn deel van de opvoeding. Henk bemoeit zich hier niet mee. Naja. Hij zegt er wel eens wat van. ‘Anniek, Lucas is geen patiënt. Anniek, je bent niet op je werk. Anniek, dat hoeft hij toch niet al te kunnen zeggen?’ Allemaal waar. Maar ik kan niet anders communiceren. Dit is nu eenmaal onze taalrelatie. En ik ben heel trots op onze taalrelatie. Maar zoals in iedere relatie betaamt, zijn er ook irritaties. Lucas weet precies waar mijn irritaties liggen: ‘Mama wil jij mijn sokjes aan mijn voetjes doen.’ Toen ik niet snel genoeg reageerde, vroeg hij het aan Henk. ‘Papa wil jij mijn sokken aan mijn voeten doen?’

Hebben Lucas en ik een relatietherapeut nodig?

👩🏽‍💻 Samenwerking met Instagram account @speelgoedkist. Zij is gek op taalontwikkeling, small world play en sensorisch spel.

Previous Post Next Post

You Might Also Like

2 Comments

  • Reply Jol de Jong januari 20, 2024 at 9:41 pm

    “Hebben Lucas en ik een relatietherapeut nodig?”

    Nee hoor,dat is niet nodig want:
    Was man liebt, das neckt sich.

    • Reply Immer Was januari 21, 2024 at 8:24 am

      Je hebt helemaal gelijk ☺️

    Leave a Reply