We fietsten met de bakfiets en fietskar, aten ijs op het terras, speelden in het zand en met water, bouwden huizen met blokken, maakten honderd poep- en piesgrapjes, zaten heerlijk lang in bad, lazen boekjes voor het slapengaan en we aten patat als avondeten en pannenkoeken als ontbijt. ‘Logeren is echt superleuk,’ werd heel vaak gezegd dit weekend. Zie je het voor je?
Dat er werd gehuild voor het slapengaan, dat ze koud en nat weer in de bakfiets moesten omdat ze waren omgevallen in de modder, dat ze precies dat stuk speelgoed wilden hebben waar de ander mee speelde, dat er in bad werd geplast, dat er met blokken werden gegooid en dat wij ’s avonds uitgeput op de bank zaten, vertelt niemand erbij. Dat hoeft ook niet.
We hebben het wel in ons. Ik zag dat de mensen op het terras het dachten. Op een afstandje aanschouwde ik dit weekend af en toe het tafereel. Het was mooi.
Ik zou het willen, maar durf het niet. Weet ook niet of die durf er ooit gaat komen. Ik ga er ook niet over nadenken. Ik denk nu aan alle lachende gezichten van dit weekend. Drie gelukkige neven.
No Comments