De welbekende vraag is gesteld. Al twee keer zelfs. De eerste keer gaf ik een kort antwoord. Na het beantwoorden van de vraag liep ik direct naar Lucas toe om tijdens het maken van een zandkasteel mijn tranen weg te kunnen slikken. Ik was bang voor de vraag die daar logischerwijze op volgt. Die vraag kon ik toen nog niet beantwoorden. Twee weken geleden kwam de vraag opnieuw. Opnieuw op de zandbakrand. Weer beantwoorde ik de vraag met: ‘twee’. Maar ik kon de vraag nu aanvullen met ‘twee zoons’.
Ik was bang voor de vraag die daar logischerwijze op volgt.
Lucas schepte zijn emmer vol met zand. Haar zoontje draaide zijn gevulde zandvormpjes om op de rand van de zandbak. Zij zat naast mij op het bankje en wiegde de wandelwagen waar haar dochtertje in lag te slapen. Daar kwam de logische vervolg vraag. ‘Is jouw andere zoon op school?’, vroeg ze terwijl ze met haar hoofd in de richting van Lucas knikte. Gewoon een luchtige vraag omdat we samen op een bankje zitten. Een vraag met als doel een gesprekje tussen twee moeders die elkaar niet kennen.
‘Nee, mijn andere zoontje is in de 17e zwangerschapsweek overleden.’ Dat wat een niemendalletje had moeten zijn, werd ineens een soort van zwaar gesprek. Ze schrok van het antwoord en verontschuldigde zich voor de vraag. ‘Het was een brutale vraag’, zei ze. ‘Nee hoor. Het is een gewone vraag’, stelde ik haar gerust. Het lukt me inmiddels om de vraag te beantwoorden. ‘Ik heb twee zoons. Lucas en Jari. Hoe heten jouw kinderen?’, vroeg ik haar. We waren allebei blij dat we verder konden praten over onze kinderen zonder dat het een beladen gesprek werd. Verder hadden we het over koetjes en kalfjes.
Twee. Dat is het juiste antwoord.
Het blijft een lastige vraag en het geven van een antwoord is nog steeds heel moeilijk. De vraag beantwoorden met: ‘één’ is veel makkelijker, want daarmee wordt het moeilijke verhaal vermeden. Maar dat kan ik niet. Dat antwoord voelt niet goed, het voelt dan alsof ik lieg. Dus de vraag: ‘hoeveel kinderen heb jij?’, beantwoord ik met ‘twee’. Twee, want dat is het juiste antwoord.
No Comments