Altijd wat te doen, Altijd wat te schrijven, Lucas, weekend weg

een treinreis met baby

‘Wat leuk, met z’n tweeën met de trein naar Wenen. Wenen is een prachtige stad. En een treinreis is denk ik superleuk’.  ‘Met z’n drieën’, corrigeerde ik. ‘Oh gaat Lucas mee?’, was vervolgens de reactie. Het enthousiaste gezicht veranderde naar een bedenkelijk gezicht. ‘Och wat een avontuur. Hoe gaan jullie dat in hemelsnaam dan doen? Je kan niet zoveel spullen meenemen. En die slaapjes dan. Waarom ga je niet met de auto. Je kan naar Wenen vliegen hè. Trouwens Leiden is ook een leuke stad en niet zo ver weg.’ Iedereen zag beren op de weg.  

Volgens de meneer in het loket op het station in Frankfurt kwamen we niet in Wenen aan omdat het stormachtig weer is in Zuid-Duitsland en Oostenrijk. Wijzend naar Lucas vroeg hij zich hardop af of het wel verstandig was verder te reizen. De kans was groot dat we ergens zouden stranden. Maar wij gaven de moed niet op.

Wij hebben een uur gewacht op een bankje naast een zwerver. Deze zwerver werd door de Polizei verzocht het stationsgebouw te verlaten. Dat wilde hij niet. Omdat hij geen geldig vervoersbewijs kon laten zien werd hij door twee man sterk het gebouw uit gesleurd. Doordat wij vol met onze aandacht bij dit spektakel zaten, mistten we bijna onze trein.

Omdat wij nu via een andere route en dus ook met een andere trein richting Wenen gingen, hadden we geen gereserveerde plekken. Uiteindelijk hadden we toch een plek gevonden bij een vierzitsplek met tafel. Lucas hadden we in de kinderwagenbak op de tafel geïnstalleerd. Hier lag hij heerlijk te slapen totdat er een man aan kwam. Henk zat op zijn gereserveerde plek. De andere twee plekken van de vierzitsplek waren nog vrij, maar daar wilde hij niet zitten. Want hij had DIE plek gereserveerd, zei hij met luide stem boven de kinderwagenbak. Bedankt. Lucas wakker. Nadat we de boel hadden verbouwd, kon hij op DIE plek zitten. Maar de kinderwagenbak moest van tafel. Want hij wilde op zijn laptop werken. Ik wees hem op het feit dat er bij de vierzitsplek naast ons nog een plekje voor hem en zijn laptop vrij is. Daar wilde hij niet zitten. Want hij had DEZE plek gereserveerd. Gelukkig wilde de mensen van de andere vierzitsplek wel op onze plek zitten en konden wij op hun plek. Door dit gedoe ging Lucas huilen wat die man irritant vond. En uiteindelijk was het internet zo slecht dat die man niet kon werken. Karma is a bitch.  

In de volgende overvolle trein mochten wij de kinderwagen niet in het gangpad laten staan. Dat is verboden, aldus de conducteur. Ik vraag hem waar plek is voor de kinderwagen. Die was er volgens hem niet. ‘En nu?’, vroeg ik hem. ‘Geen idee. Maar hij moet hier weg. Dit is namelijk verboden’. ‘Dat snap ik, maar…’. ‘Het maakt me niet uit hoe je het doet. Hij mag hier niet in het gangpad blijven staan. Dat is verboden’. Ja dat het verboden is was ons nu wel duidelijk. Waar we met de kinderwagen heen moesten, was ons echter nog niet duidelijk. De man naast ons begon te grinniken. Hij heeft nog de grote verdwijntruc geprobeerd. Helaas lukte hem dit niet. Dus we hebben de kinderwagen laten staan. In het gangpad. Ook al is dit verboden.

Twee uur later dan gepland kwamen we in Wenen aan. Het was een weg met een zwerver, volle treinen, een chagrijnige medereiziger en een niet meedenkende conducteur. Maar een weg zonder beren. Het was een avontuur.

Previous Post Next Post

You Might Also Like

No Comments

Leave a Reply